Willem Wolff
Het lukt Willem Wolff (1879, Amsterdam) niet om uit de handen van de bezetter te blijven. Dit blijkt uit de dagrapporten van de plaatselijke politie. In de nacht van 29 op 30 maart 1943 wordt Willem opgepakt op zijn onderduikadres, de Bas Backerlaan 1.
De persoonsgegevens van Willem waren door de Apeldoornse politie, op grond van Artikel 3 (‘... de opsporing, aanhouding en voorgeleiding van de navolgende personen van Joodschen bloede, die eenige dagen spoorloos zijn’), doorgegeven aan het Departement van Justitie om gepubliceerd te worden in het Algemeen Politieblad. De lijst werd op 17 februari 1943 verzonden, om op 25 februari 1943 gepubliceerd te kunnen worden.
Helena Hendrika Bürmann-Castelijn laat na de oorlog optekenen: In maart 1943 was bij ons in huis ondergedoken de Jood Willem Wolff, vroeger wonende aan de Looscheweg alhier. Hij was een man van ongeveer 60 jaar en ongetrouwd. Op een avond in maart 1943 werd aan onze woning gebeld, nadat ik eerst iemand om ons huis had hooren loopen. Mijn man deed open, waarna hem gevraagd werd of hij iemand in huis had. Mijn man ontkende dit. Zij zeiden dat dit wel het geval was en stelden vervolgens een onderzoek in in onze woning. In één van de kamers vonden ze toen Wolff. Deze werd door hen gearresteerd en meegenomen. Tegen ons waren die mannen vrij correct, doch tegen Wolff onbeschoft. Toen ze weggingen hebben ze nog een paar koffers met inhoud van Wolff meegenomen. Volgens bekomen inlichtingen waren bedoelde mannen Pelk en Oosterdijk.
